Wat zijn de Vaarregels van Recreatie- en Beroepsvaart?

Vaarregels recreatie- en beroepsvaart

Algemene regels

  • Houd op het vaarwater wanneer dit kan stuurboordwal (rechterkant) aan. Ook binnen de betonde vaargeul. De  betonningen geven de best bevaarbare gedeelte aan.
  • Laat goed zien welke koers je vaart. Geef mede shippers de ruimte om te manoeuvreren. Pas de snelheid en koers op tijd aan wanneer je voorrang gaat verlenen aan een ander schip.
  • Blijf ten alle tijden alert op het water. Blijf goed om je heen kijken en probeer een gevaarlijke situatie voor te zijn.
  • Wanneer je op grote wateren rivieren en of kanalen wilt varen dien je op de motor minstens een snelheid zitten van 6 km/ uur.
  • Grote schepen hebben een uitzondering om aan bakboordwal (aan de linkerkant) te mogen varen. Dit is bijvoorbeeld nodig om een sterke stroming te kunnen ontwijken of bij het invaren van een haven. Wanneer je aan bakboordwal vaart dien je een blauw bord met wit flikkerlicht te tonen aan tegemoet komende schippers. Dit bord betekend stuurboord op stuurboord passeren.  Dat wil zeggen dat een klein schip zoveel mogelijk aan de zijnde van het blauwe bord passeert. Dit dient altijd veilig te gebeuren wanneer de situatie het dus toelaat.